De 31e kring van de Silsile-i Sadat behoorde tot Mazhar Isan Can-i Canan (k.s.). Hij is de kleinste zoon van Ahmed Said (k.s.). 3 Cemaziyelevvel 1248 (in het jaar 1832) was hij in Delhi geboren. Zijn grootvader was Seyh Ebu Said (k.s.). Vanwege zijn connectie met de profeet (vrede zij met hem) gaven ze hem de naam Mazhar-i Mohammed.
Belangrijke uitspraken
“Je zaken aan Allah (de almachtige) overlaten, geloven dat de wil van Allah de toestand kan veranderen, en niet afvragen waarom en hoe iets is gebeurd, en bovenal niet tegenspreken. Je moet goed nadenken over wat Allah (de almachtige) aan jou heeft geschonken en je geloof versterken. Je moet de oneindige schatten van Allah herinneren en niet geloven in je eigen geweten en in anderen. Je moet enkel en alleen hoop hebben in Allah (de almachtige). Dit is het echte mooie leven.”
“Een leerling moet masivallah (al het wereldlijke buiten de Islam) vermijden en zichzelf overlaten aan de regels en de kaza (vrij vertaald: het lot), net als de dode overgelaten wordt aan de wasser. Dan zal Allah (de almachtige) tevreden zijn en zal hij Allah bereiken.”
Zijn sterven en graftombe
12 Muharrem 1301 (in het jaar 1883) kreeg hij maagpijn en is hij overleden. ’S ochtends kwam een grote menigte voor het sterfgebed en daarna werd hij naast zijn vader Ahmed Said (k.s.) begraven in Cennetü’l Baki.